Een blaasontsteking bij honden komt vrij vaak voor, vooral bij teven. Vaak zijn er dan bacteriën via het geslachtsorgaan de urinewegen binnengedrongen. Van daaruit kunnen de bacteriën verder de urineweg indringen. Vervolgens kunnen zij de blaas en soms zelfs de nieren infecteren. Urineweginfectie kan ook de andere kant op werken. Dan komen de bacteriën via de bloedbaan in de nieren terecht.
- Wat is een urineweginfectie?
- Blaasontsteking hond: de symptomen
- Wat zijn de oorzaken van blaasontsteking bij honden?
- Diagnose en behandeling van blaasontsteking bij honden
- Hoe behandel je blaasontsteking bij honden?
- Hoe kun je urineweginfectie bij je hond voorkomen?
- Kun je zelf je hond controleren op een beginnende urineweginfectie?
Wat is een urineweginfectie?
De urineweg is het systeem in het lichaam, dat overtollig vocht en afvalstoffen verwijdert. Dit systeem werkt bij je hond hetzelfde als bij ons. Ook bij honden is er een verschil tussen mannetjes en vrouwtjes, door het verschillende “ontwerp” van de voortplantingsorganen.
Bij teven is de afstand van de genitaliën tot de blaas kleiner, waardoor de urinebuis korter is. Het is voor bacteriën dus gemakkelijker door te dringen tot de blaas dan bij reuen, die bovendien ook vaker plassen om hun territorium te markeren. Daarbij is de anus bij teven dichter bij de urineweg gesitueerd, zodat besmetting via de ontlasting makkelijker plaatsvindt.
Hoe kun je gemakkelijk thuis op blaasontsteking controleren?
- Vang gemakkelijk zelf de urine op bij het uitlaten
- Gebruik een teststrip die de dierenarts ook gebruikt
- Analyseer de resultaten met je mobiele telefoon
Bacteriën
Het is heel normaal dat er bacteriën zitten rond de genitaliën en het achterste van je hond. Iedere keer als je hond plast, worden ook de eventueel binnengedrongen bacteriën uit de urinebuis geloosd. Maar als je hond niet vaak genoeg plast, door te weinig drinken of te weinig uitlaten, krijgen deze bacteriën de kans om naar binnen te dringen. De urine van je hond stinkt erger dan normaal.
Nieren
De urineweg begint bij de nieren. Zij hebben tot taak om het bloed te filteren en te zuiveren. Overtollig vocht en afvalstoffen worden vanuit de beide nieren door de urineleiders, een fijn buisje, naar de blaas vervoerd. In de blaas wordt de urine opgeslagen, zodat het lichaam niet continue lekt. Als de blaas vol is, dient er geplast te worden. Om zich te legen trekt de blaas zich samen. Dat stroomt via één enkele, wat ruimere urinebuis uit de geslachtsorganen.
Bij reuen bevindt zich rond de urinebuis, vlakbij de uitgang van de blaas, de prostaat. Dit orgaan produceert zaadvocht, dat wordt afgegeven aan de urinebuis.
Als de bacteriën tot de blaas zijn doorgedrongen, spreekt men ook wel van een blaasontsteking. In dat geval is de wand van de blaas ontstoken of geïrriteerd.
Heb je geen hond maar een kat? Lees dan verder over blaasontsteking bij katten.
Blaasontsteking hond: de symptomen
Als je hond vaker dan normaal en steeds kleine beetjes plast, is de kans groot dat er een urineweginfectie aan de orde is. Het is heel belangrijk om veranderingen in het gedrag van je hond te herkennen, bijvoorbeeld de manier waarop hij of zij altijd plast.
Het tijdig herkennen van verschijnselen van een urineweginfectie en het tijdig behandelen ervan kan een groot verschil maken. Daarom zetten we ze hier voor je op een rij:
1. Vaker, moeizamer en kleine beetjes plassen
- Het vaker urineren is een teken dat een urineweginfectie de blaas heeft bereikt. Behalve de hogere frequentie, kan het plassen pijn doen of ongemakkelijk gaan.
- Het kan extra inspanning kosten om te urineren.
- Het plas-gedrag van je hond kan daardoor veranderen, reuen kunnen bijvoorbeeld gaan hurken in plaats van hun poot op te tillen. Sommige honden krijgen bij een urineweginfectie last van urine-incontinentie.
- In huis plassen kan een gedragsprobleem zijn, maar ook wijzen op urineweginfectie of voorkomen als een hond diabetes heeft.
- Je hond krimpt ineen van pijn als je tegen het achterste gedeelte van zijn of haar rug duwt.
Lees hier meer over het verwijderen van urinegeur van je hond in huis.
2. Geslachtsorganen likken
In een poging om de geïrriteerde urinewegen te reinigen, kunnen ze de enige aangedane plek waar ze bij kunnen meer likken dan normaal: de geslachtsorganen.
3. Urine ziet er anders uit en/of ruikt anders
De urine van je hond kan er anders uit gaan zien, die kan rood of bruin kleuren omdat er bloed inzit. Of de urine kan troebel worden en/of sterker ruiken dan normaal.
4. Algemene ziekteverschijnselen
Als niet alleen de blaas, maar ook de nieren aangetast zijn, gaat je hond meestal ook meer drinken en urineren. Door de pijn kan de hond een andere houding aannemen tijdens het plassen en zijn rug buigen. In deze fase kan de hond ook algemene verschijnselen gaan vertonen van ziekte. Daarbij kun je denken aan koorts, lusteloosheid en gewichtsverlies.
5. Blaasstenen
Vergelijkbare symptomen kunnen wijzen op blaasstenen. Teven hebben niet zoveel last van blaasstenen, omdat hun urinebuis wijder is. Bij reuen kan er echter een levensbedreigende situatie ontstaan omdat blaasstenen hun nauwere urinebuis kunnen blokkeren.
Als je merkt dat een reu perst zonder dat er een druppel urine uitkomt, bel dan direct je dierenarts. Als de urineweg geblokkeerd wordt door blaasstenen, is dat echt een noodgeval.
6. Prostaat-probleem
Net als bij mensen kan een infectie of zwelling van de prostaat van een reu problemen met plassen opleveren. Toch leidt een zwelling van de prostaat bij honden vooral tot problemen bij het ontlasten, doordat de zwelling een druk op de endeldarm uitoefent.
Wat betekenen deze symptomen?
Als je hond één of meerdere van bovengenoemde symptomen vertoond, is dat een aanwijzing dat er iets mis is met de urinewegen. De meest voorkomende verklaring is weliswaar een bacteriële infectie, maar er zijn ook andere factoren die kunnen maken dat een hond niet goed en zonder pijn of ongemak kan plassen. Sommigen daarvan zijn een minder onschuldig dan een infectie.
De achtergrond van een vermeende urineweginfectie moet daarom altijd onderzocht worden. Daarnaast is een urineweginfectie ook mogelijk zonder merkbare symptomen. Dat maakt controle extra belangrijk.
Wat zijn de oorzaken van blaasontsteking bij honden?
- Bacteriële infectie van buitenaf via de geslachtsorganen, bijvoorbeeld met de bacterie Escherichia coli.
- Calculi (gruis en steentjes) die in de urine terecht komen, vergroten de kans op infecties. Grotere blaasstenen blijven in de blaas, maar kleine steentjes en gruis kunnen vast komen te zitten in de urinebuis en deze blokkeren.
- Bacteriële infectie van binnenuit. Via de bloedbaan kunnen bacteriën, afkomstig uit een open wond of ernstige tandvleesontsteking terecht komen in de nieren. Omdat die constant bezig zijn om het bloed te zuiveren, kan een urineweginfectie ook hier beginnen. Bij deze vorm van urineweginfectie treedt er vaak blijvende schade op aan de nieren.
- Verkeerde of onevenwichtige voeding. De zuurgraad (pH-waarde) van de urine van honden wordt beïnvloed door hun voer. Als de voeding de urine te basisch maakt (niet zuur genoeg) krijgen bacteriën gemakkelijker vrij spel om zich overmatig te ontwikkelen.
- Prostaatziekte, door hormonale veranderingen kan de prostaat groter worden. Dit kan leiden tot moeizamer ontlasten, maar ook de urinebuis blokkeren.
- Een afwijkende anatomie van de blaas.
- Een tumor of poliepen in de blaas.
- Geneesmiddelen, een langdurige toediening hiervan.
Een bacteriële infectie, of die nu buiten bij de geslachtsorganen begint of binnen in de nieren, zal worden bestreden door middel van antibiotica. Maar de achterliggende oorzaak van de urineweginfectie moet wel onderzocht worden door een dierenarts.
Diagnose en behandeling van blaasontsteking bij honden
De diagnose “urineweginfectie” of ” blaasontsteking” wordt doorgaans gesteld aan de hand van de symptomen.
Die zijn ingeval van een blaasontsteking vrij duidelijk, zodat een waarschijnlijkheidsdiagnose meestal snel gesteld kan worden. Toch moet ook achterliggende oorzaak achterhaald worden om mogelijke andere oorzaken uit te sluiten.
De dierenarts zal je bijvoorbeeld vragen naar het plas-gedrag van je hond en veranderingen daarin.
Dit geeft heel veel informatie over de mogelijke achterliggende oorzaak. Moeizaam en pijnlijk plassen is bijvoorbeeld heel anders dan urine-incontinentie.
Ook kan de dierenarts de buik van je hond gaan bevoelen, met speciale aandacht voor de blaas en nieren.
Het testen van de urine met een teststrip levert ook belangrijke informatie op. Hierbij worden onder andere de zuurgraad en concentratie van de urine gecontroleerd. Ook wordt de aanwezigheid van bloed, eiwitten en witte bloedcellen in de urine gecheckt. Vaak wordt nog een uitgebreider urineonderzoek gedaan door een vers urinemonster te prepareren en onder de microscoop te bekijken.
Aanvullend onderzoek
Aanvullend onderzoek kan nodig zijn om het soort bacteriën te bepalen dat aanwezig is in de uineweg. Ook moet worden gekeken naar verstopping van de urinebuis door calculi of een tumor. Eventueel nierletsel moet worden uitgesloten, evenals een vergrote prostaat. Indien daar aanleiding toe is, bevat het vervolgonderzoek een kweek van de urine, een blaaspunctie of onderzoek als een röntgenfoto of echo.
Met de Petnostics UTI (Urinary tract infections) Test trips kun je de urine van je hond heel simpel thuis analyseren op afwijkingen die duiden op een urineweginfectie. Met de gratis Petnostics app kun je de testresultaten ook op langere termijn volgen. Met deze test strips word je nog voor de symptomen zich aandienen al gewaarschuwd voor urineweg-problemen. Een fijne en gemakkelijke manier om je hond gezond te houden, ook als die een verhoogd risico heeft op urineweginfectie.
Behandeling van blaasontsteking bij honden
Als uit het urineonderzoek blijkt dat het inderdaad om een urineweginfectie gaat, zal er een behandeling met antibiotica worden gestart. Het doel daarvan is alle ziekmakende bacteriën uit de blaas en nieren te verwijderen.
Ciprofloxacine wordt vaak voorgeschreven om een urineweginfectie bij honden te bestrijden. Bij de behandeling is het heel belangrijk om de instructies van je dierenarts strikt op te volgen en de juiste dosis op het juiste tijdstip te geven. Als je ziet dat de symptomen verdwijnen, moet je gwoon doorgaan met de antibioticakuur.
De behandeling kan mislukken als je de kuur niet helemaal afmaakt. Er kan dan namelijk nog een laatste restje bacteriën achterblijven, die de infectie kunnen laten terugkeren. Bovendien kunnen de bacteriën resistent worden door niet afgemaakte kuren, waardoor het in de toekomst nog moeilijker wordt om van ze af te komen.
Vitamine- of mineralen supplementen moet je even achterwege laten als je hond wordt behandeld met Ciprofloxacine. Supplementen kunnen ervoor zorgen dat Ciprofloxacine niet geabsorbeerd wordt en dus niet goed werkt.
Overige maatregelen
Behalve een antibioticum zijn soms andere maatregelen nodig, die zich richten op de factoren die hebben bijgedragen aan de urineweginfectie, bijvoorbeeld:
- Bij urineweginfectie van binnenuit moet er worden voorkomen dat nieuwe bacteriën de nieren bereiken via de bloedbaan. Dit betekent bijvoorbeeld een intensievere verzorging van het gebit of een wond.
- In ongeveer 20% van de gevallen is er geen sprake van bacteriële infectie en moet er verder worden gezocht naar de oorzaak van de urineweginfectie.
- Een röntgenfoto of echo kunnen dan bijvoorbeeld calculi, poliepen of een tumor aan het licht brengen, die operatief verwijderd kunnen worden. Een enkele keer kunnen blaasstenen met een aangepast dieet oplossen en uitgeplast worden.
- Er moet voor worden gezorgd dat je hond regelmatig kan plassen, eventueel door vaker uitlaten.
- Mogelijk moet de voeding worden aangepast zodat de pH-waarde optimaal is om bacteriën geen kans te geven.
De prognose van een urineweginfectie is afhankelijk van de oorzaak. Het overgrote deel van deze infecties worden veroorzaakt door bacteriën of calculi (urinesteentjes) en dat is meestal goed te behandelen. Ook goedaardige poliepen vallen wel mee, maar kwaadaardige tumoren in de blaas zijn minder gunstig.
Hoe kun je urineweginfectie bij je hond voorkomen?
Een urineweginfectie is ongemakkelijk en kan pijnlijk zijn, om het nog maar niet te hebben over de complicaties en andere gezondheidsproblemen. Bijvoorbeeld als de urineweginfectie de nieren bereikt en aantast. Dit wil je je hond uiteraard willen besparen.
Hoe kun je zoveel mogelijk voorkomen dat je hond een urineweginfectie oploopt?
- Laat je hond regelmatig uit, zodat er voldoende mogelijkheid is om zijn of haar behoefte te doen. Zo worden de bacteriën vaker uit de urineweg gespoeld en krijgen geen kans om zich daar lang te blijven vermenigvuldigen. Om deze reden is het ook raadzaam om je hond vlak voor het slapengaan en direct ’s ochtends na het opstaan uit te laten.
- Zorg dat je hond te allen tijde over schoon drinkwater beschikt.
- Vraag je dierenarts of je hond een verhoogd risico op calculi (steentjes of gruis in de urine) heeft. Sommige rassen hebben dat, en dan kan een speciale dieetvoeding worden aangeraden om het ontwikkelen van deze urinesteentjes te voorkomen.
- Een speciaal dieet is ook aan te raden als je hond al vaker een urineweginfectie heeft gehad. Als dit dieetvoer droge brokken zijn, let er dan extra op dat je hond regelmatig drinkt. Nat voer bevat van zichzelf al meer vocht dan droogvoer.
- Houdt het achterwerk van je hond zo schoon mogelijk, in het bijzonder bij teefjes. Knip overtollig haar rond de anus en geslachtsorganen weg, zodat er minder bacteriën uit de ontlasting en straatvuil in de buurt van de urineweg kunnen blijven hangen.
- Wees alert op de verschijnselen van een urineweginfectie. Mocht je hond er een aan het ontwikkelen zijn, zorg dan dat je snel maatregelen neemt. Ga direct naar de dierenarts en neem meteen een urinemonster mee.
Kun je zelf je hond controleren op een beginnende urineweginfectie?
Honden met een verhoogde kans op urineweginfectie, zoals een oudere hond, een teef of een hond die al eerder urineweginfectie heeft gehad, zou je regelmatig moeten controleren. Ook als er nog geen symptomen zijn.
Een oudere hond met andere gezondheidsproblemen, zoals diabetes of nierfalen, drinkt vaak wat meer water en plast vaker. In zo’n geval kunnen er bacteriën aanwezig zijn, zonder dat deze voor merkbare problemen zorgen. Doordat de hond toch al meer drinkt en plast, gebeurt het plassen zonder pijn of ongemak. Heb je last van hondenlucht in huis lees dan hier meer over hondengeur verwijderen uit huis.
Zo’n onopgemerkte infectie kan door de dierenarts door middel van een urinemonster worden vastgesteld. Een andere mogelijkheid is de urine van je hond zelf thuis te testen met de UTI test strips van Petnostics. UTI staat voor Urinary tract infections, de Engelse term voor urineweginfectie.
Deze UTI Teststrips kunnen de urine van je hond gemakkelijk analyseren op leukocyten, nitrieten en bloedafwijkingen. Vang de urine van je hond op in een Petnostics Urine Collector of een beker. Daarna doop je de teststrip in de urine en plaatst hem op de scankaart. Vervolgens laat je dit analyseren door de gratis Petnostics-app.
Een set Petnostics UTI Teststrips bestaat uit 5 teststrips en een scankaart.
Met de handige, gratis Petnostics app volg je de testresultaten ook op langere termijn.
Je wordt gewaarschuwd voor urineweg-problemen, ook als er zich geen symptomen voordoen.
Moet je alsnog naar de dierenarts?
De Petnostics UTI Teststrips zijn uitdrukkelijk geen vervanging voor de dierenarts. Als je aan het plas-gedrag van je hond merkt dat er een urineweginfectie in het spel is, ga je naar de dierenarts. Hetzelfde geldt als je met behulp van de Petnostics UTI Teststrips afwijkingen vindt in de urine van je hond.
Een groot voordeel van de Petnostics UTI Test strips is dat je deze test heel gemakkelijk zelf kunt uitvoeren. Klanten uit de Verenigde Staten melden nog veel meer voordelen, zoals:
- Het helpt je om te bepalen of een bezoek aan de dierenarts voor nadere controle inderdaad noodzakelijk is. Dit is vooral handig als je twijfelt omdat de symptomen die je hond vertoont niet zo heel erg duidelijk zijn.
- Second opinion: de diagnose urineweginfectie wordt nogmaals gecontroleerd. Soms wordt een hond behandeld tegen urineweginfectie, terwijl de symptomen in werkelijkheid door diabetes of kanker worden veroorzaakt.
- Tijdens de behandeling kun je bij controles door de dierenarts aanvullende informatie bieden over het verloop. Je kunt bijvoorbeeld controleren of de voorgeschreven antibioticakuur goed aanslaat.